Bibliofiel
leest nu: Grand Hotel Europa (p. 15)
vindt het: “bloemrijk taalgebruik”
Lezen is mijn grootste liefhebberij, al van jongs af aan; lekker meeliften op de fantasie van de schrijver, je wereld verruimen buiten je zo bekende, vertrouwde en soms ook verwenste, directe leefomgeving. De plezierigste ontsnapping uit het dagelijks leven. Meestal onderstreep ik wat ik mooi vind in de kantlijn, of ik schrijf er wat bij. Daarom leen ik weinig boeken uit, en nog minder van de bieb. Het mooiste is, vind ik, wanneer ik iets aan een boek overhoud; dat kan inhoudelijk zijn, maar ook vorm en taalgebruik. Het liefst lees ik boeken in hun oorspronkelijke taal, maar ja verder dan onze drie buurlanden kom ik niet. Gemis? Jazeker, meerdere: ik kan bijvoorbeeld geen Frans.
Bijzonder: ik schrijf in elk boek wanneer ik het gelezen heb. Op een keer zie je dan wanneer je een boek nog eens oppakt. Soms lees ik er twee of drie tegelijk. Als ik een boek gelezen heb, schrijf ik altijd op wat ik ervan vind. Het mooiste boek vind ik een verwarrend etiket, dat is zo sterk afhankelijk van de (leef)tijd waarop ik het lees/las. Vrij recent is dat 'De Boekendief', zeer beschrijvend, voor mij niet te wollig, met een fantastische verteller. Dit boek heb ik drie keer gelezen.
»
Boeklezers.nl is een netwerk voor sociaal lezen. Wij helpen lezers nieuwe boeken en schrijvers ontdekken, en brengen lezers met elkaar en schrijvers in contact. Meer lezen »
Soms mag je meelezen met een nieuw boek (gewoon lenen) en dat kon ik gelukkig de afgelopen week met het nieuwste boek van John Grisham Het Eiland, dat omschreven staat als een lekkere weglezer op het strand of op zijn best een Feelgoodthriller van de betere soort. Nu zul je mij als gestrande walvis niet aan de kust zien bladeren in een boek en het huidige weer is daarvoor ook niet echt uitnodigend. Ik houd het bij mijn luie stoel, dus moet ik het hebben van prima leeswerk om welk gemis dan ook ver van me weg te houden. Maar om Het Eiland nu een spectaculaire thriller voor de zomermaanden te noemen gaat me wel te ver. Daarnaast had ik het in een mum van tijd uit, want boeiend is het wel.
Het boek begint met een vindingrijk brutale roof uit de zwaarbeveiligde bibliotheek van de universiteit van Princeton. Daar worden vijf manuscripten van F. Scott Fitzgerald gestolen. Hoewel er genoeg politie op de been is, weten de daders met hun buit te ontkomen. Al vrij simpel is bekend wie één van daders is, maar de manuscripten blijven onvindbaar. Hiermee is het gelijk met alle spanning gedaan in het boek, waarna zich wel een boeiend verhaal ontvouwt over de alle kanten van de literaire wereld. De enige krijtstreepjes in het boek zijn te vinden in de pakken uit de rijke garderobe van Bruce Cable, de charismatische eigenaar van de Bay Books-boekwinkel. Hij heeft een voorkeur voor beige hertenleren schoenen (zonder sokken gedragen), mooie vrouwen, lekker eten en drinken, en zeer zeldzame boeken. Als lezer krijg je het handelsmerk van Grisham, de rechtbank, van binnen niet te zien.
Grisham zelf heeft voorliefde voor zeldzame boeken en leuke boekhandels, dus – eerlijk is eerlijk – hij weet van de hoed en de rand hoe het gaat bij de presentatie van een nieuw boek, signeersessies en het hele spektakel eromheen.
Het verhaal is leuk, en heel geraffineerd zie je de hoofdpersonen bij elkaar komen of anders gezegd de stukken op zijn plaats vallen met een feelgood slot. Voor het verhaal vier sterren, als thriller hakken over de sloot hooguit twee. Ik houd het op drie sterren.
-