Boek
West-Afrika, 1788. Kofi is de zoon van een Ashanti-stamhoofd. Met zijn vader, oudere broers en een groot aantal andere familieleden is hij op weg naar Kumasi, waar een groot feest gehouden wordt ter ere van de koning van de Ashanti's. Zijn vader en broers maken zich zorgen over de slavenhandel die het hele gebied onveilig maakt: voortdurend worden er dorpen uitgekamd op zoek naar mensen die op plantages of boerderijen aan de andere kant van de oceaan aan het werk gezet kunnen worden. Maar Kofi kan niet geloven dat er onraad dreigt. Hij is vrolijk, en vooral ook trots, omdat hij in de optocht zijn vaders stoel mag dragen, en bovendien een prachtige fluit cadeau krijgt. Pas als Oppong, de hoofdbediende van Kofi's vader, zijn meester op ongeruste toon verzoekt het feest te verlaten omdat er moeilijkheden dreigen, begint het tot Kofi door te dringen dat ze misschien serieus in gevaar zijn. Gehaast vertrekken Kofi's vader en twee broers met de bediende, die hen in veiligheid zal brengen. Als ze weg zijn ontdekt Kofi waar het echte gevaar vandaan komt. Hij gaat hen achterna om hen te waarschuwen, maar Kofi's vader en zijn broers zijn verdwenen... «
Boeklezers.nl is een netwerk voor sociaal lezen. Wij helpen lezers nieuwe boeken en schrijvers ontdekken, en brengen lezers met elkaar en schrijvers in contact. Meer lezen »
Er zijn nog geen recensies voor dit boek.