Boek
In 1841 verscheen het eerste proefschrift in het Nederlands. Colleges in het Latijn haalden de twintigste eeuw niet. De hbs van 1863 bereidde zonder klassieke talen jongens (en meisjes) voor op een hoge positie in de maatschappij.
Marita Mathijsen laat zien dat die verandering gevolgen had voor de literatuur. Neolatijnse dichtbundels verschenen nog slechts bij uitzondering. Maar de fascinatie voor de klassieken bleef. De Tachtigers lieten zich bijscholen in het Latijn. Ze verwezen in hun gedichten naar klassieke schrijvers en mythologie. De feniks herrees – maar in een andere gedaante. Renaissance? «
Boeklezers.nl is een netwerk voor sociaal lezen. Wij helpen lezers nieuwe boeken en schrijvers ontdekken, en brengen lezers met elkaar en schrijvers in contact. Meer lezen »
Er zijn nog geen recensies voor dit boek.