Boek
Van oktober tot december 1888 deelden Vincent van Gogh en Paul Gauguin een huisje in het Proven lse stadje Arles. Het bijeenkomen van deze twee gigantische talenten in zo'n kleine ruimte resulteerde in de geruchtmakendste en explosiefste samenwerking uit de kunstgeschiedenis. Twee maanden nadat Gauguin in het Gele Huis arriveerde, kreeg Van Gogh psychotische aanvallen, hij sneed een stuk van zijn eigen oor af en bood dat aan een prostituee aan. Gauguin ontvluchtte Arles, en de twee zouden elkaar nooit meer zien.
In Het Gele Huis wordt voor het eerst gedetailleerd het verhaal van die negen weken gereconstrueerd. De samenwerking, die was aangegaan omdat Van Gogh Gauguins werk bewonderde, leidde al snel tot een stroom meester-werken. Gebruikmakend van nieuw onderzoeksmateriaal laat kunstcriticus Martin Gayford zien hoe die werken tot stand kwamen, maar ook hoe de twee turbulente meesters idee uitwisselden en hoe hun alledaagse leven eruit-zag in de steeds beklemmender wordende atmosfeer in dat kleine huis: van hun maaltijden en financi beslommeringen tot wat zij droegen, deden en dachten. Gaandeweg komt Gayford bovendien tot een overtuigende analyse van de geestesziekte van Van Gogh, die ertoe leidde dat hij zijn leven na Arles grotendeels in een zwakzinnigengesticht moest doorbrengen.
Martin Gayford was kunstcriticus voor The Spectator en The Sunday Telegraph, en schreef veel artikelen over kunst-tentoonstellingen voor onder meer het Tate Museum en het Mus d'Art Moderne in Parijs.
De moeite waard vanwege de fascinerende bespreking van de tegenover elkaar staande kunstopvattingen van de twee schilders.' THE ECONOMIST «
Boeklezers.nl is een netwerk voor sociaal lezen. Wij helpen lezers nieuwe boeken en schrijvers ontdekken, en brengen lezers met elkaar en schrijvers in contact. Meer lezen »
Er zijn nog geen recensies voor dit boek.