Boek
Winnaar Gouden Boekenuil Lezersjury 2012 - Grip begint in mei 2007 op het internationale spoorwegstation Bruxelles Midi. Bij gebrek aan echt wereldnieuws kondigen kranten de onsterfelijkheid van het mensdom aan; volgens een Amerikaanse hoogleraar zal het binnen twee decennia zover zijn.
Op deze zelfde zonovergoten dag zullen, twintig jaar na hun studententijd en eerste kennismaking in alpinistenkringen, Vincent, Martin, Paul en Lotte elkaar terugzien. Een incident op de Lofoten, boven de poolcirkel, stuurde hun leven op dramatische wijze. Er bestaat echter nog altijd verwarring over wat destijds precies is voorgevallen, en in de aanloop naar de voorgenomen reünie wordt het verleden voor ieder van de groep in een nieuw en soms ontluisterend perspectief geplaatst.
Grip gaat over vriendschap, over reizen, over zelfinzicht, over vergankelijkheid en over de moeilijke en soms pijnlijke vraag of je het leven leidt dat je had willen leiden. Of de keuzes die je maakte wel jouw keuzes waren. Hoe het beeld dat je hebt van de ander zich tot die ander verhoudt.
Stephan Enter is als geen andere schrijver van zijn generatie in staat over de werking en betekenis van herinneringen te schrijven en tegelijk in een levendige en zintuiglijke stijl een ontroerend en aangrijpend verhaal neer te zetten.
«
Boeklezers.nl is een netwerk voor sociaal lezen. Wij helpen lezers nieuwe boeken en schrijvers ontdekken, en brengen lezers met elkaar en schrijvers in contact. Meer lezen »
Op het treinstation in Brussel ontmoeten Paul en Vincent elkaar, ze zijn op weg naar Engeland voor een reünie met Martin en Lotte.
In hun studententijd vormden ze samen een groepje die van alpinisme hielden en mooie tochten maakten. Hun laatste grote tocht was naar de Lofoten in Noorwegen. Over deze laatste trektocht heeft ieder voor zich andere herinneringen. Ieder weet weer een ander gedeelte van het verhaal. Er is daar iets gebeurd wat nooit iemand duidelijk is geworden.
Veel herinneringen komen terug tijdens de treinreis, er wordt weinig gesproken. Vincent houdt zich afzijdig en Paul is verdiept in een krantenartikel "Ontsterflijkheid binnen handbereik". Waar hij behoorlijk in geïnteresseerd is en veel over nadenkt.
De vier klimmers wonen verspreid over de wereld. Vincent is onderzoeker in Japan, Martin en Lotte wonen in Wales en hebben inmiddels een kind. Paul lijkt een luizenleventje te hebben maar gelukkig zijn ze geen van allen.
Nadenken en filosoferen doen ze veel, over de liefde, doodgaan,
jeugd, ouder worden en het leven.
In wezen zijn ze alle vier raadsels voor elkaar, ze kennen elkaar niet echt en hebben geheimen voor elkaar.
Heb boek gaat over treinreis er naar toe, over de mensen die instappen de gesprekken die ze voeren.
Maar bij Lotte aankomen doen ze niet.
Het doet mij denken aan het boek "Nooit meer slapen" van W.F.Hermans.