Boek
Is de intellectueel een overblijfsel uit een vervlogen tijd, een wat zonderlinge figuur die zijn oorspronkelijke habitus verloren heeft en als een hibernatus overleefde in de ivoren torens van de universiteiten? Volgens Lyotard kan men nog slechts eervol intellectueel zijn indien de slachtoffers geen schuld zou treffen, indien de beulen geen excuses zouden hebben, indien er minstens enkelen onder ons zouden overblijven die geen vuile handen hebben. Intellectuelen lijken enkel te kunnen overleven bij de gratie van een onschuld, een naïviteit of argeloosheid die wij spontaan met een kinderlijke zijnswijze associëren. Voor volwassenen heeft deze naïviteit een veeleer pejoratieve betekenis. Ze lijkt immers te wijzen op een (soms gevaarlijk) gebrek aan luciditeit. Wie is vandaag nog zo naïef te geloven in een zuivere rechtvaardigheid en wat zou een dergelijk geloof dan wel betekenen? Misschien is er een onschuld denkbaar die niet meteen onnozel moet zijn, een onschuld zonder naïviteit,de onschuld van een gerechtigheid die mij niet kan ver-ontschuldigen. Kan de opdracht van de intellectueel vanuit deze onschuld, die de luciditeit tart, opnieuw gedacht worden? Wat op het spel staat zijn niet de resten van een verleden dat we moeten bewaren of in ere herstellen. Die piëteit zou de meest ontroerende vorm zijn van verraad ten aanzien van iets wat we opnieuw moeten proberen te denken, iets wat het waard is niet vergeten te worden. «
Boeklezers.nl is een netwerk voor sociaal lezen. Wij helpen lezers nieuwe boeken en schrijvers ontdekken, en brengen lezers met elkaar en schrijvers in contact. Meer lezen »
Er zijn nog geen recensies voor dit boek.