Vier Nederlandse atleten zijn in november 1956 al in Australië voor de Olympische Spelen, als het NOC hét telegram stuurt. Aanvankelijk kunnen ze hun ogen niet ... » 

Vier Nederlandse atleten zijn in november 1956 al in Australië voor de Olympische Spelen, als het NOC hét telegram stuurt. Aanvankelijk kunnen ze hun ogen niet geloven, maar de orders zijn onverbiddelijk. De atleten, die afgetraind in de startblokken staan, moeten terug naar Nederland.

Twee dagen eerder beëindigde het Sovjetleger op bloedige wijze de Hongaarse Opstand. Als protest tegen de Russische actie maakte het NOC een statement: 'geen mens mag zich veroorloven samen met de met bloed bevlekte Russische vlag op een internationaal toernooi uit te komen'.

Marjolein te Winkel reconstrueert de totstandkoming van deze controversiële beslissing en de pijnlijke nasleep. Ze deed uitgebreid bronnenonderzoek, sprak met de huidige voorzitter van het NOC*NSF Erica Terpstra en met verschillende atleten van toen over de grootste teleurstelling van hun sportieve carrière. Zo ontstaat een evenwichtig beeld van de gebeurtenissen in een turbulent jaar waarin sport en politiek op dramatische wijze samenkwamen. «