Boek
Het eerste wat de Nederlandse promovendus Xavier Hackel ziet als hij eind 1988 in Oost-Berlijn aankomt, is een oud Jugendstilhuis. Het verwaarloosde huis en het sombere straatbeeld doen hem terugdenken aan zijn grootvader, die fout was in de oorlog en nadien naar Duitsland is gevlucht. Het zien van het huis is het begin van de twijfel, aan wat echt is en wat niet echt is, aan wat waarheid is en wat illusie.In het hermetisch afgesloten Oost-Berlijn probeert Xavier erachter te komen waarom het standbeeld van Frederik de Grote teruggeplaatst is naar een prominente plek. Zelf ziet de jonge historicus hierin een eerste teken van toenadering tot het Westen, een hypothese die hem niet in dank wordt afgenomen. Het duurt niet lang voor hij merkt dat de autoriteiten zijn onderzoek nauwlettend in de gaten houden. Hij krijgt het gevoel dat elke stap die hij zet geregistreerd wordt. Kan hij zijn huisgenoot Emile nog wel vertrouwen? Werkt zijn prille geliefde Ilse niet heimelijk voor de Stasi?De schreeuw van de vlinder is een politiek-psychologische roman. Tegen het decor van een staat waarin het wantrouwen regeert, proberen de personages hun vrijheidsidealen te verwezenlijken. Hierbij overschrijden ze grenzen zonder acht te slaan op de consequenties, voor zichzelf en voor anderen. Dr. Jan Herman Brinks is historicus, journalist en schrijver. Hij werkte aan gerenommeerde buitenlandse universiteiten en onderzoeksinstituten in onder andere Londen, Washington en Berkeley. In de afgelopen 25 jaar publiceerde hij een aantal boeken en talrijke artikelen over de moderne en eigentijdse Europese en Duitse geschiedenis. «
Boeklezers.nl is een netwerk voor sociaal lezen. Wij helpen lezers nieuwe boeken en schrijvers ontdekken, en brengen lezers met elkaar en schrijvers in contact. Meer lezen »
Het verhaal las niet echt vlot, door het bloemrijke taalgebruik van de schrijver. Maar door zijn oog voor detail werd je wel ondergedompeld in een mistroostig Oost-Berlijn, alsof je zelf uit die trein stapte. De schrijver speelt met de grenzen van waarheid en illusie, niets is wat het zou moeten zijn. Als Xavier verliefd wordt op Ilse, weet hij niet of zij wel te vertrouwen is. En als zij op een dag spoorloos verdwijnt, slaan bij hem de stoppen door. Vanaf het tweede deel komt er vaart in het verhaal. Xavier lijkt op de dool en wil koste wat kost zijn Ilse terugvinden.
Ik vond het met momenten te surrealistisch, maar dat was Oost-Berlijn misschien ook wel. En het einde van het verhaal roept bij mij nog vele vragen op.