Boek
Volgens de heersende opvatting bestaan in het staatsrecht slechts weinig regels. Afgezien van het internationale recht gaat het om het Statuut, de Grondwet, een beperkt aantal geschreven wetten en een enkele regel van ongeschreven recht. De rest is praktijk.
Deze benadering gaat voorbij aan het feit dat tussen het harde staatsrecht en de praktijk een belangrijke tussencategorie zit. Deze bestaat uit conventies: informele regels die het gedrag reguleren van onze instituties zoals bijvoorbeeld de Tweede Kamer, de Eerste Kamer en de regering. Voorbeelden zijn de regels die betrekking hebben op de kabinetsformatie, de ministeriƫle verantwoordelijkheid en de specifieke rol van de Eerste Kamer.
Conventies zijn belangrijk om het staatkundige leven te ordenen en om daarin minderheden tot hun recht te laten komen. Zij zijn de smeerolie in de motor van ons staatsbestel en kunnen in die functie de kans reduceren dat de politieke besluitvorming vastloopt. Het maatschappelijke en economische belang hiervan is groot.
Conventies zijn geen rechtsregels maar zijn ook niet vrijblijvend. Zij zijn bindend, zij het dat gemotiveerd ervan kan worden afgeweken. In die zin zijn conventies te vergelijken met beleidsregels in het bestuursrecht.
De staatsrechtwetenschap dient in samenwerking met andere wetenschappelijke disciplines en de praktijk nader onderzoek te doen naar het belang, de aard en het verplichtend karakter van conventies.
«
Boeklezers.nl is een netwerk voor sociaal lezen. Wij helpen lezers nieuwe boeken en schrijvers ontdekken, en brengen lezers met elkaar en schrijvers in contact. Meer lezen »
Er zijn nog geen recensies voor dit boek.